OndernemerParticulier

De kabinetsplannen – wat merkt u daarvan?

30 september 2021

Koning Willem-Alexander opende op dinsdag 21 september 2021 het politieke jaar door de Troonrede voor te lezen. Omdat het kabinet demissionair is, zijn de op Prinsjesdag gepresenteerde plannen veel minder ingrijpend dan andere jaren. In de dagen daarna discussieerden de leden van de Tweede Kamer over de plannen die het kabinet presenteerde.

Maar wat merkt u straks van al die plannen? We zetten de belangrijkste veranderingen voor u op een rij.

Koopkracht stijgt niet of nauwelijks
Eén van de belangrijkste zaken in de Miljoenennota is de inschatting van de koopkracht voor het komende jaar. Dit begrip geeft aan wat u van uw inkomen kunt kopen. De koopkracht van een doorsnee huishouden stijgt volgend jaar miniem, met 0,1%. Voor gezinnen met kinderen, gepensioneerden en tweeverdieners zit er géén plusje in. Hun koopkracht blijft volgend jaar gelijk aan die van nu. De enige groep die er op achteruit lijkt te gaan, zijn de alleenverdieners: zij leveren in 2022 waarschijnlijk 0,2% koopkracht in.

Tijdens de Algemene Beschouwingen heeft het kabinet toegezegd een korting op de energiebelasting toe te gaan passen. Daarnaast beloofde zij voor bepaalde beroepsgroepen (onder andere onderwijzers en zorgmedewerkers) een salarisverhoging.

Iets lager tarief in Inkomstenbelasting box 1
In box 1 van de inkomstenbelasting wordt onder andere inkomen uit werk belast. Heeft u de AOW-leeftijd nog niet bereikt? Dan gelden vanaf 1 januari 2022 in box 1 de volgende belastingtarieven:

Het tarief in de eerste schijf is verlaagd met 0,03 procentpunt, van 37,1% naar 37,07%. De inkomensgrens van de eerste schijf is verhoogd met € 891,-, van € 68.507,- naar € 69.398,-. Over uw inkomsten in box 1 betaalt u tot € 69.398,-  dus iets minder belasting. Het tarief in de tweede schijf is gelijk gebleven.

Heeft u de AOW-leeftijd wel bereikt? En bent u geboren na 1946? Dan gelden vanaf 1 januari 2022 in box 1 de volgende belastingtarieven:

Het tarief in schijf 1 bestaat uit belastingen en premies volksverzekeringen. Mensen die recht hebben op AOW betalen geen premie voor de AOW. Daarom is het tarief in schijf 1 opgesplitst in twee tarieven. In het laagste tarief is deze premie voor de AOW niet meegenomen. Deze schijf is verlaagd met 0,03 procentpunt (was 19,2% in 2021). De inkomensgrens van de tweede schijf is verhoogd met € 343,-, van € 35.129  naar € 35.472,-.

Belasting over uw vermogen (box 3)
In box 3 betaalt u belasting over uw vermogen als dit hoger is dan de heffingsvrije grens. Tot uw vermogen rekent de belasting de waarde van uw spaargeld, beleggingen en eventuele tweede huis. Het heffingsvrij vermogen in box 3 wordt verhoogd met € 650,- naar € 50.650,- in 2022. Voor fiscaal partners wordt de heffingsvrije grens dan € 101.300,-.

Voor 2022 gaat de belastingdruk iets omlaag; deze varieert dan van 0,56% tot 1,71% (deze was in 2021: 0,59% tot 1,76%). Het belastingtarief blijft 31%.

In box 3 gelden voor 2022 de volgende percentages voor het vaststellen van het forfaitair rendement voor alleenstaanden:


Voor fiscale partners verdubbelen de bedragen in bovenstaande tabel.

Hoe wordt het forfaitair rendement berekend?
In schijf 2 gaat de fiscus uit van de volgende aannames:

  • U spaart voor 67% van uw vermogen en belegt voor 33% van uw vermogen.
  • Het rendement dat u behaalt op sparen is vastgesteld op -0,01%.
  • Het rendement dat u behaalt op beleggen is vastgesteld op 5,53%.

Over het totaal vastgestelde rendement (1,82%) betaalt u 31% inkomstenbelasting (0,56%).

In de schijven 3 en 4 gaat de fiscus ervan uit dat u meer belegt en minder spaart.

Algemene heffingskorting
De algemene heffingskorting is een korting op uw inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen. U betaalt hierdoor minder belasting en premies. Iedereen heeft recht op de algemene heffingskorting. Maar of u volledig gebruik kunt maken van deze heffingskorting, hangt af van uw leeftijd en of u het hele jaar in Nederland hebt gewoond. De maximale algemene heffingskorting wordt verhoogd met € 37,- in 2022 en wordt daardoor € 2.874,- bij een inkomen van € 21.317,-. Boven dit inkomen daalt de algemene heffingskorting.

Arbeidskorting
De Belastingdienst houdt de arbeidskorting in op de inkomstenbelasting die u moet betalen. U krijgt dus korting op uw belasting. Iedereen die werkt heeft recht op arbeidskorting, ongeacht de hoogte van het salaris. Heeft u een werkgever? Dan houdt hij bij de berekening van de loonheffing al rekening met de arbeidskorting. De maximale arbeidskorting wordt verhoogd met € 55,- in 2022. De maximale arbeidskorting wordt daardoor € 4.260,- bij een inkomen van € 36.649,-. Na dit inkomen daalt de arbeidskorting. Het percentage waarmee de arbeidskorting daalt is verlaagd naar 5,85%.

Verlaging eigenwoningforfait
Heeft u een eigen woning? Dan beschouwt de fiscus dat u daarmee vermogen opbouwt en dat u daarom meer profiteert van uw woning dan iemand die huurt. Daarom moet u voor het bezit van een eigen woning een bedrag optellen bij uw belastbare inkomen: het eigenwoningforfait. De komende jaren wordt het eigenwoningforfait stapsgewijs verlaagd. Voor woningen met een WOZ-waarde tussen de € 75.000,- en € 1.110.000,- is het percentage 0,45% in 2022. In 2021 is het percentage nog 0,5%.

Een voorbeeld
De WOZ-waarde van uw eigen woning is: € 500.000,-. Het percentage waarmee u het eigenwoningforfait berekent is: 0,45%. De berekening van uw eigenwoningforfait is dan als volgt: € 500.000 x 0,0045 = € 2.250,-.

Wanneer kunt u met pensioen?
De AOW-leeftijd blijft gekoppeld aan de levensverwachting, maar op een andere manier. Stijgt de levensverwachting met één jaar? Dan stijgt momenteel ook de AOW-leeftijd met één jaar. Eind 2020 bleek de levensverwachting minder toe te nemen dan verwacht. Daarom blijft de AOW-leeftijd ook in 2026 op 67 jaar. Eind 2021 wordt de balans opnieuw opgemaakt en wordt de AOW-leeftijd voor het jaar 2027 vastgesteld.

De AOW-leeftijd voor de aankomende periode is:

Wetsvoorstel toekomst pensioenen
Het nieuwe pensioenstelsel gaat in op 1 januari 2023, in plaats van op 1 januari 2022. De minister verwacht het wetsvoorstel Toekomst Pensioenen begin 2022 naar de Tweede Kamer te sturen. Het kabinet wil een nieuwe premieregeling introduceren, waarbij de inleg en de opbouw meer geïndividualiseerd worden. Ook is het doel dat de pensioenuitkering eerder kan worden verhoogd als de financiële resultaten goed zijn en dat de pensioenuitkering eerder kan worden verlaagd als de financiële resultaten slecht zijn.

Wilt u meer weten over het door u opgebouwde pensioen? Ga dan naar mijnpensioenoverzicht.nl. Wilt u een aanvulling op uw pensioen of eerder met pensioen? Neem dan contact op met uw financieel adviseur.

 

Terug naar overzicht